Welke plannen heeft de overheid voor werknemers?

artikel

Er is volop reuring op de arbeidsmarkt, dat lees je o.a. in dit blog. Tegelijkertijd is de overheid hard bezig om de kloof tussen kansrijken en kansarmen op de arbeidsmarkt te verkleinen. Zo staat in het voorstel van minister Karien van Gennip van Sociale Zaken dat zelfstandigen met een laag uurtarief als werknemer worden behandeld, tenzij hun werkgever kan aantonen dat er écht sprake is van zelfstandigheid. De overheid richt zich op de volgende punten:

  • Vast contract de norm

Het vaste contract moet weer de norm worden, vindt de overheid. Daarom schaft het kabinet oproepcontracten af. Ook introduceert het strenge regels voor de uitzendsector. Hiermee reageert het kabinet op alarmerende rapporten over de arbeidsmarkt die de afgelopen jaren verschenen.

  • Laagbetaalde zzp’ers in vaste dienst

In het voorstel dat nu bij de Kamer ligt staat dat een laagbetaalde zelfstandige kan direct een dienstverband eisen bij zijn opdrachtgever. Vakbonden en werkgevers stelden een bovengrens van 30 tot 35 euro per uur voor. Het is dan aan de werkgever om te bewijzen dat voor de betreffende functie voldoende ondernemersvrijheid is. Bijvoorbeeld omdat de zzp’er vrij heeft kunnen onderhandelen over het tarief en zelf kan bepalen hoe en wanneer de klus wordt uitgevoerd. Dit moet kwetsbare zelfstandigen beter beschermen en weer basale werknemersrechten geven, zoals ontslagbescherming, vakantiedagen en een pensioen.

  • Aan oproepcontracten komt een eind

Oproepcontracten zijn zeker in de horeca populair. Werknemers moeten enige zekerheid hebben over het minimaal aantal uren dat zij zullen werken. Voortdurend tijdelijke contracten aanbieden is dadelijk ook verleden tijd. Nu moet iemand een vast contract krijgen na maximaal drie tijdelijke contracten in hooguit drie jaar. Werkgevers mogen geen tijdelijke contracten aan elkaar rijgen. Nu al moeten ze iemand na maximaal drie tijdelijke contracten in hooguit drie jaar een vast contract geven. Maar zodra diegene een half jaar uit dienst is, begint de teller opnieuw te lopen. Daar maakt het kabinet een einde aan, om ‘draaideurconstructies’ tegen te gaan. 

  • Uitzendsector krijgt te maken met strengere regels

De uitzendsector wordt aan strengere regels onderworpen. Certificering van de uitzendbureaus moet zorgen voor een kwaliteitsstandaard waardoor malafide uitzenders bestreden worden. Daarnaast wil het kabinet uitzendkrachten duurder maken, waardoor het minder aantrekkelijk wordt om deze groep in te zetten voor structureel werk. Vakbonden en werkgevers zijn het erover eens dat uitzendkrachten vergelijkbare arbeidsvoorwaarden moeten krijgen als de mensen met een dienstverband bij de inlener.

  • Deeltijd-werkloosheidsuitkering

De overheid richt zich niet alleen op het versterken van de positie van werknemers, ook het werkgeverschap moet aantrekkelijker worden. Veel werkgevers vinden de vaste baan nu te vast. Want wat als ze opeens, zoals in de coronacrisis, een onverwacht omzetverlies meemaken?

Het moet dan mogelijk worden om mensen tijdelijk minder uren te laten werken, vindt het kabinet. Een ‘deeltijd-werkloosheidsuitkering’ van het UWV moet er dan voor zorgen dat het salaris aangevuld wordt. Deze regeling moet wel met budget-neutraal gebeuren. Dit houdt in dat werknemers een deel van hun WW-rechten inleveren als ze gebruik moeten maken van deze aanvullende regeling.

Deze plannen zijn op dit moment nog in voorbereiding. Sommige onderdelen vragen nog nadere studie. Duidelijk is wel dat er het nodige staat te gebeuren de komende tijd. AB Werkt houdt je daarover uiteraard op de hoogte.

Ontvang de nieuwsbrief

Met vacatures én informatie over werk en solliciteren

  • Hidden
  • Hidden
  • Hidden
  • Hidden
  • Hidden
  • Hidden
  • Hidden
  • Hidden